Stratenmaker gaat na val naar dokter: baan kwijt
Een Limburgs bedrijf heeft een stratenmaker ten onrechte ontslagen omdat hij na een val naar de huisarts ging, en daarna niet meer op zijn werk verscheen. Volgens de werkgever was er sprake van werkweigering, volgens de rechter had de man zich ziekgemeld. Het bedrijf moet de man ruim 15.000 euro betalen.
Dat blijkt uit een gisteren openbaar geworden uitspraak van de rechtbank Limburg.
De 34-jarige man ging begin vorig jaar voor het Limburgse bedrijf aan de slag als opperman-stratenmaker. In oktober gaf zijn werkgever hem een officiële waarschuwing wegens te laat komen.
Pijn na val
Op 9 maart kwam de werknemer opnieuw te laat op zijn werk. Daarop volgde een woordenwisseling met een collega, en een handgemeen. Daarbij kwam de stratenmaker ten val. De man werkte vervolgens wel tot het einde van de werkdag.
De volgende ochtend meldde de stratenmaker aan zijn werkgever dat hij naar de huisarts wilde, vanwege pijnklachten veroorzaakt door de val. Daarvoor kreeg hij akkoord. Nog diezelfde dag ontsloeg het bedrijf hem echter op staande voet.
Werkweigering
Het bedrijf zei de man te ontslaan omdat hij in het verleden meerdere keren te laat was gekomen, en omdat hij die dag niet op zijn werk was verschenen. Volgens de werkgever was sprake van werkweigering.
De stratenmaker liet het er niet bij zitten, en stapte naar de rechter. Daarbij eiste hij zijn baan niet terug, maar wel een trits vergoedingen. Zo maakte hij aanspraak op loondoorbetaling gedurende de opzegtermijn, een reguliere ontslagvergoeding en een extra schadevergoeding wegens onterecht ontslag.
Onterecht ontslag
Uit de gisteren openbaar geworden uitspraak blijkt dat de kantonrechter in Roermond de stratenmaker gelijk geeft. Het bedrijf had de man niet op staande voet mogen ontslaan.
Volgens de kantonrechter had de werkgever, toen de man die dag niet op zijn werk verscheen, de aankondiging van het huisartsbezoek moeten beschouwen als ziekmelding. Daarbij wees de rechter erop dat de werkgever op de hoogte was van de val waarbij de werknemer zich bezeerd had, en dat de man die avond had geappt dat hij bij de spoedeisende hulp zat.
Dat de stratenmaker enkele keren te laat op zijn werk was gekomen, achtte de rechter onvoldoende grond voor een ontslag op staande voet, mede omdat het bedrijf daar na de waarschuwing in oktober geen verdere actie op had genomen.
Ontslagvergoedingen
Het bedrijf moet de stratenmaker daarom bijna 5800 euro aan loondoorbetaling gedurende de opzegtermijn betalen, en een reguliere ontslagvergoeding van ruim 1200 euro. Ook heeft de man nog recht op 2600 euro aan vakantietegoeden.
Daarbovenop moet het bedrijf de stratenmaker een zogenoemde 'billijke vergoeding' betalen, een soort schadevergoeding voor onterecht ontslag.
Ruim 15.000 euro
Hoewel de kantonrechter vindt dat de werknemer slechts een beperkte schade leed omdat hij nog maar kort in dienst was en inmiddels al weer een andere baan heeft gevonden, becijfert hij deze vergoeding toch op 6100 euro. De kantonrechter zegt namelijk ook een signaal te willen afgeven aan de werkgever, dat zijn handelen niet juist was.
Daarmee komt het totaal aan vergoedingen op bijna 15.500 euro. Ten slotte draait het bedrijf op voor bijna 900 euro aan juridische kosten van de ex-werknemer.