Vijf vragen (en antwoorden) over de 'tamponziekte'

Het komt niet vaak voor dat iemand door het Toxisch Shock Syndroom een dubbele amputatie moet ondergaan, zoals de 29-jarige Lauren. Toch bestaat er een risico op de 'tamponziekte', en niet alleen voor vrouwen die tampons gebruiken. Wij stelden vijf vragen over het Toxisch Shock Syndroom aan gynaecoloog Bertho Nieboer van het Radboud UMC in Nijmegen.

1. Waardoor wordt het Toxische Shock Syndroom veroorzaakt?

TSS wordt veroorzaakt door twee bacteriën: de stafylokokken of de streptokokken-bacterie. Deze bacteriën zijn van nature aanwezig in of op onze huid, neus en mond en zijn in principe ongevaarlijk. Maar als ze dieper in het lichaam doordringen kunnen ze gifstoffen (toxinen) vrijgeven die weefsel en organen kunnen beschadigen. 

2. Waarom wordt het de tamponziekte genoemd?

TSS wordt ook wel tamponziekte genoemd omdat de kans hierop vergiftiging is wanneer een vrouw haar tampon te lang inhoudt. De bacteriën produceren dan toxinen die in de bloedbaan terecht kunnen komen. 

TSS wordt niet alleen veroorzaakt door tampongebruik; ook door wondjes en beschadigingen aan het slijmvlies kunnen er gifstoffen in de bloedbaan terecht komen.

3. Wat zijn de symptomen van TSS?

TSS uit zich vaak in de vorm van griepachtige verschijnselen, zoals hoofdpijn, spierpijn en keelpijn. Ook een hoge koorts kan een symptoom zijn. Andere symptomen kunnen zijn: 

• Uitslag over een groot deel van het lichaam
• Diarree
• Rode verkleuring van de ogen
• Duizeligheid en flauwvallen
• Ademhalingsproblemen

Het hoeft niet zo te zijn dat je alle symptomen tegelijkertijd hebt, maar bij een combinatie van meerdere symptomen is het altijd raadzaam de huisarts te bellen.

4. Is het goed te behandelen?

TSS is een infectie die heel snel erger kan worden, en die dodelijk kan zijn wanneer het niet behandeld wordt. Binnen een paar dagen kunnen de organen worden aangetast of stilgelegd (“multi organ failure”).

Maar als je er vroeg bij bent is TSS goed te behandelen met antibiotica. Wel word je vaak opgenomen in het ziekenhuis om antibiotica via een infuus te krijgen, en om de infectiewaarden in je bloed regelmatig te controleren. 

5. Wat kun je doen om het te voorkomen?

• Zorg dat je handen altijd schoon zijn wanneer je een tampon of menstruatie-cup inbrengt of uithaalt, maar ook wanneer je wondjes op de huid aanraakt
• Kies altijd een tampon/menstruatie-cup die aansluit bij de hevigheid van je ongesteldheid; draag dus geen 'super'-absorberende tampons wanneer je licht menstrueert
• Laat de tampon/menstruatie-cup niet te lang zitten, in ieder geval niet langer dan acht uur. Kijk op de verpakking voor de precieze aanbeveling.
• Laat andere voorbehoedsmiddelen zoals een spiraaltje of pessarium niet langer inzitten dan op de verpakking van de fabrikant staat.

Bekijk hier de reportage.