Als de gemeente je laat stikken: Dieter won zaak om houtstook dankzij fijnstofmeter
Maken je buren te veel herrie? Dan bel je in het ergste geval de politie en keert de rust snel terug. Maar wie overlast ervaart door houtrook staat vaak machteloos. Alleen als je héle goede bewijzen verzamelt, komt de gemeente in beweging. Dieter Pientka ervoer het zelf. Hij moest er zelfs voor naar de Raad van State - en won. Dankzij zijn eigen meetapparatuur.
"Nou dat werkt weer lekker, ik word hier compleet uitgerookt in mijn huis". "De gehele buurt staat onder de giftige houtrook."
Het zijn zomaar twee reacties op sociale media deze week op het stookalert dat in een groot deel van Nederland werd gegeven. Het advies: laat de houtkachel even uit. "Je kunt nu buiten ruiken dat het stookalert niet is doorgekomen tot in de huiskamer."
Het is duidelijk dat het verzoek veelvuldig in de wind werd geslagen, tot teleurstelling en woede van vooral mensen met longproblemen. Die zitten met de handen in het haar: want wat kun je doen tegen de rook van je buren?
Tik op de vingers
Twee en een half jaar. Zo lang zijn Pientka en zijn vrouw al aan het strijden tegen de houtrook van zijn buurman. Het begon met aanbellen, het volgde met een klacht bij de gemeente Borssele, en toen er nog niks gebeurde een zaak bij de Raad van State in Den Haag.
Hij moest er hemel en aarde voor bewegen, maar kreeg uiteindelijk in november vorig jaar gelijk: de gemeente die zijn klachten over de houtstook van zijn buren telkens terzijde schoof, kreeg een tik op de vingers. De hoogste bestuursrechter vond dat de gemeente zich er te makkelijk vanaf had gemaakt door eenmalig een ambtenaar langs te sturen.
"De rechter heeft de gemeente 12 weken de tijd te geven om objectief en representatief onderzoek te doen", zegt Pientka.
En zo liepen dus een aantal keer toezichthouders door de straat. Volgende week hoort hij wat het definitieve besluit is. "Indien nodig gaan we alsnog in beroep bij de rechtbank."
Modernste kachel gelijk aan zes vrachtwagens
In Nederland zijn ongeveer een miljoen houtgestookte installaties. Dit is grootste bron van fijnstof, groter nog dan wegverkeer. Het gaat om 23 procent van alle fijnstofuitstoot, bleek in 2019. Statistisch gezien leidt houtstook tot naar schatting 3000 vroegtijdige doden per jaar, aldus hoogleraar Lars Hein. Daarnaast ervaren een miljoen mensen in Nederland overlast.
De nieuwste houtkachels zijn wel beter dan de ouderwetse open haard, maar zelfs de modernste EcoDesign-kachels stoten nog net zoveel fijnstof uit als zes moderne dieselvrachtwagens.
Hele smerige stofjes
Nee, Pientka en zijn vrouw zijn geen longpatiënten. Ook hebben ze geen kwetsbare gezondheid. "Maar we zijn allebei chemisch opgeleid. We weten wat de impact kan zijn. In houtrook zitten hele smerige stofjes. Als we die inademen, kun je daar op de lange termijn heel ziek van worden."
Het gaat vooral om die hele kleine roetdeeltjes, legt professor Lars Hein uit. Hij is hoogleraar ecosystem services and environmental change aan de Wageningen Universiteit en bevestigt dat de zorgen van Pientka terecht zijn. "De deeltjes die het allergevaarlijkst zijn, gaan tot 0,1 micrometer. Die dringen diep je organen binnen. Het leidt tot hartinfarcten en dat soort dingen."
Pientka en andere klagers worden nauwelijks gehoord. Dat komt omdat de gevaren van het inademen van houtrook worden onderschat, zegt de wetenschapper. De oorzaak is onwetendheid. "Het is nog niet zo lang duidelijk hoe schadelijk houtstook is, maar inmiddels weten we dat er ieder jaar 2700 mensen in Nederland voortijdig door overlijden."
'Praat eerst met de stoker'
Pientka is 'redelijk goed' op de hoogte wat je als burger kunt doen bij overmatig overlast van houtstook. Zijn advies? "De eerste stap, en daar zal ook de gemeente om verzoeken, is om te gaan praten met de stoker." Je vraagt dan of hij of zij er rekening mee wil houden dat je overlast ervaart. Bijvoorbeeld door niet te stoken als de wind in de richting van jouw huis staat.
Dan kan de stoker zeggen: oké prima. "Maar in veel gevallen lukt dat niet", weet Pientka. Het zijn vooral de 'economische stokers' die zo'n verzoek negeren, ziet hij. "We zien op dit moment veel mensen die in die categorie zitten. Die stoken om kosten te besparen." Dit zijn ook de stokers die het meeste overlast geven: "Als je je huis verwarmt met hout, dan is dat iedere dag, van 's ochtends tot 's avonds. Dan zitten je buren dus de hele dag in de rook."
Als dat gesprekje met de buren niet lukt, kun je een klacht indienen bij gemeente. De meeste gemeenten leggen dan de klacht naast zich neer of doen het af met een standaardantwoord, is de ervaring van Pientka
Een ander middel, wat je niets kost, is het indienen van een handhavingsverzoek. "Een juridisch traject waar de gemeente op moet reageren." De ervaring leert dat gemeentes kiezen voor een omtrekkende beweging - door erop te wijzen dat er geen stookalert was, of dat de regels onduidelijk zijn.
Wet geeft ruimte
Terwijl de regels wél duidelijk zijn, zegt Pientka, die direct artikel 7.22 uit het bouwbesluit uit zijn hoofd oplepelt, waarin staat dat je geen hinderlijke stank mag veroorzaken vanaf je eigen erf.
Professor Hein wijst ook naar deze regels. "De wet geeft ruimte om op te treden. Je ziet dat wel wordt gehandhaafd bij geluidsoverlast maar zelden bij luchtverontreiniging."
Maar wanneer spreek je van verontreiniging? Dat is waar veel burgers tegenaan lopen: omdat ze niet objectief kunnen aantonen dat er sprake is van hinderlijke stank. "Dan wordt het handhavingsverzoek verzoek afgewezen", zegt Pientka.
Oplossing is goedkope fijnstofmeter
Voor dat probleem heeft hij nu een oplossing. Tegenwoordig zijn voor een paar tientjes al speciale kastjes te koop die fijnstof kunnen meten. Daarmee kun je aantonen dat de hinder die je ervaart wel degelijk afkomstig is van houtrook. Informatie is te krijgen via Scapeler, een website van burgers zoals Pientka die aan 'citizen science' doen.
Die fijnstofmeters meten realtime fijnstofdeeltjes die kleiner zijn dan 2,5 micrometer. Hij deelt de resultaten vaak op Twitter.
Maar er zit een adder onder gras. Die fijnstofsensor is geen officiële meetmethode. "Je moet dus goed beseffen dat je gegevens indicatief zijn. Je moet er een goed verhaal bij hebben. In mijn geval maakten we een logboek met foto's, reuk en andere visuele waarnemingen zoals de windrichting." De rechter vond zijn verhaal overtuigend.
Heel verontrustend
Professor Hein is enthousiast. "Het is hoopvol dat we steeds meer kunnen meten", zegt hij. Maar zijn die meetkastjes van Pientka wel betrouwbaar? De resultaten 'zeggen wel degelijk wat', reageert de wetenschapper. Hij voegt eraan toe dat de resultaten van die goedkope kastjes eigenlijk een positiever beeld geven van de werkelijkheid.
"Het geeft eigenlijk een onderschatting van de overlast. Als je al zulke hoge waardes meet van deeltjes die kleiner zijn dan 2,5 micrometer dan is dat heel verontrustend, want kenmerkend voor houtstook zijn juist de deeltjes die nog kleiner zijn, tot 1 micrometer. Als je apparatuur gebruikt die dat kan meten, dan zijn de resultaten nog veel slechter."
Het is eigenlijk van de zotte, zegt Pientka, dat de stoker bepaalt wanneer hij zijn huis kan luchten, of wanneer hij de mechanische ventilatie aan kan zetten. "Of wanneer ik kan slapen met het raam open. Dat wordt allemaal bepaald door de houtkachel van de buren. Ons woongenot wordt erdoor aangetast. We kregen ook stress. Je maakt je zorgen om je gezondheid. Ik zie het als een inbreuk op mijn privacy. De rook komt ongevraagd in mijn huis."
Dat het stookalert genegeerd kan worden zonder dat dit consequenties heeft, begrijpt professor Hein niet. "Als je je niet aan verkeersregels houdt, krijg je toch ook een boete?" Wat de hoogleraar betreft zou het advies om niet te stoken een verbod mogen worden. "Je zou het in ieder geval een andere status moeten geven. Omdat de gezondheidsrisico's zo groot zijn vind ik dat te rechtvaardigen. Het overlast dat het de buren geeft, staat niet in verhouding met plezier van de stoker."
Hoe is de luchtkwaliteit in jouw buurt?
Op luchtmeetnet.nl kun je live kijken naar de actuele metingen zijn van de gezamenlijke milieudiensten in Nederland. Relevant is hier de concentratie fijnstof (PM2.5), maar volgens hoogleraar Lars Hein zeggen deze meetpunten op deze kaart eigenlijk niks over de luchtkwaliteit door houtstook. "Er zijn veel te weinig punten die fijnstof meten om een duidelijke uitspraak te kunnen doen hoe groot de overlast is voor de burger. En de meetpunten die er zijn, staan vaak niet in de bebouwde omgeving."
Een alternatief is de website samenmeten.rivm.nl. Op deze site zijn officiële meetstations aangevuld met de burgermetingen. Ook die van Dieter Pientka staat hiertussen.
Regelgeving
De maximumconcentratie voor fijnstof met een diameter kleiner dan 2,5 μm (PM2,5) staat in Nederland op 25 µg/m3 (jaargemiddelde). De richtlijn van de Wereldgezondheidsorganisatie is vijf keer strenger, namelijk een jaarlijkse concentratie van 5 μg/m3.
Voor ultrafijnstof zijn geen richtlijnen.