Raad: regels onderwijs in jeugddetentie belemmeren voortgang jongeren

Het is voor jongeren die in een jeugdgevangenis opgesloten hebben gezeten moeilijk om na vrijlating het leven op orde te krijgen. Daarvoor waarschuwt de Onderwijsraad. Onder meer door de regels van betrokken ministeries is het lastiger om gepast onderwijs te organiseren voor jongeren in zogenoemde justitiële jeugdinrichtingen (JJI’s). Daardoor zou het voortzetten van scholing of het vinden van een baan lastig zijn.
Volgens de Onderwijsraad groeit daarmee de kans dat de jongeren na vrijlating opnieuw de fout in gaan.
Zo zouden het lesmateriaal en -middelen zijn verouderd en moeten jongeren soms na vrijlating nog terug de gevangenis in om een examen af te leggen. Een aantal van de jongeren blijkt daarom helemaal geen examen te doen en dat is 'een verloren kans', aldus de Onderwijsraad. De organisatie pleit voor meer flexibiliteit bij examens.
Leraren zouden bovendien beter getraind moeten worden voor het werken met de jongeren. De raad adviseert daarom dat scholen meer vrijheid moeten krijgen bij het werven van docenten, zodat het team beter past bij wat leerlingen nodig hebben.
Niet zo makkelijk
Maar het organiseren van dergelijke versoepelingen is niet zo makkelijk. De gevangenisscholen hebben namelijk te maken met drie ministeries: Justitie, Onderwijs en Volksgezondheid. Die hebben allemaal hun eigen onderdelen, met hun eigen regels en hun eigen systemen, en zij houden allemaal op verschillende momenten en op hun eigen manier toezicht. Het zou volgens de raad dan ook beter zijn als de ministeries beter op elkaar afgestemd zouden zijn, om het onderwijs en de behandelingen van de jongeren te kunnen verbeteren.
De justitiële jeugdinrichtingen zijn in Breda, Nijmegen, Spijkenisse, Lelystad, Sassenheim en Veenhuizen. Zij hebben bij elkaar 527 plekken. Daarnaast zijn er kleinschalige instellingen in Amsterdam, Den Haag, Groningen, Venlo en Krimpen aan den IJssel, met elk acht plekken.
Recht op onderwijs
Per jaar worden 1500 tot 2000 jongeren tijdelijk in zo'n instelling opgesloten. Meestal is dat voor een paar weken of een paar maanden, maar sommige jongeren zitten er jarenlang. Zij hebben net als alle jongeren in Nederland recht op onderwijs, maar ze mogen door hun straf niet naar buiten en moeten daarom binnen de muren les krijgen. Hun onderwijsniveau loopt uiteen van praktijkonderwijs tot bovenbouw vwo.