Hoe de oorlog in Soedan steeds meer weg heeft van een genocide - en Europa 'wegkijkt'
In Soedan woedt al drie maanden een machtsstrijd tussen militaire groeperingen, met veel doden en vluchtelingen als gevolg. Er zijn steeds meer signalen dat burgerdoelen worden geraakt, en dan vooral van bepaalde etnische groepen. Herhaalt de geschiedenis zich en is er net als twintig jaar geleden sprake van een genocide? "Toen zeiden we: dit nooit meer. Maar nu zien we hetzelfde gebeuren, en kijkt Europa weg."
Een massagraf met 87 burgerdoden erin, dat is de meest recente ontdekking in de bloedige oorlog die zich afspeelt in Soedan. Volgens de Verenigde Naties kwamen deze burgers om het leven door de paramilitaire groepering Rapid Support Forces (RSF), die in een machtsstrijd is verwikkeld met het staatsleger. De nu drie maanden durende oorlog heeft het land meegesleurd in een humanitaire crisis waarvoor meer dan drie miljoen mensen op de vlucht sloegen.
Onder de slachtoffers in het massagraf waren volgens de VN voornamelijk leden van de Masalit, een etnisch Afrikaanse groep. Het conflict in Soedan wordt vaak uitgelegd als een strijd tussen de paramilitaire RSF en het overheidsleger, maar er speelt meer. "Daarnaast is dit meer en meer ook een strijd tussen etnische groepen geworden", legt Anette Hoffmann uit, Soedan-expert aan het Instituut Clingendael.
Volgens Hoffmann is dat een belangrijke dynamiek om te erkennen, zeker in Soedan. In 2003 en 2004 vond daar een gewapende strijd plaats die later internationaal werd aangemerkt als genocide. De overheid werkte toen nauw samen met milities van etnisch Arabische Soedanezen om een opstand in Darfur neer te slaan. Daarbij werden honderdduizenden Soedanezen van Afrikaanse afkomst (onder wie Masalit) vermoord in een etnische zuiveringscampagne.
Genocide
Twintig jaar later zijn er meerdere aanwijzingen dat de geschiedenis zich aan het herhalen is. Om te weten of er sprake is van een nieuwe genocide op Masalit en andere Afrikaans etnische groepen, zijn twee aspecten belangrijk, zegt Hoffmann. Allereerst de omvang van het geweld. "Dat is altijd moeilijk vast te stellen, maar sinds half maart komen in Darfur stelselmatig burgers om het leven. Er zijn meerdere plekken gevonden waar veel mensen bij elkaar zijn begraven, zoals het ontdekte massagraf."
Alleen al in El Geneina, wat als de hoofdstad van de Masalit wordt gezien, zouden volgens verschillende bronnen 1100 mensen om het leven zijn gekomen. "De echte cijfers liggen waarschijnlijk vele malen hoger", aldus Hoffmann.
Om te bepalen of een genocide plaatsvindt moet ook worden gekeken naar de intentie achter het geweld. Volgens Hoffmann zijn er indicaties dat het inderdaad de intentie is van aan de RSF gelieerde milities om Afrikaanse stammen te vernietigen. "We zien dat het om dezelfde groepen daders en slachtoffers gaat als bij de genocide twintig jaar geleden."
In juni werd de broer van de sultan van de Masalit vermoord, waarbij een militiestrijder zou hebben geroepen: 'Er zal hier nooit meer een thuis zijn voor de Masalit, alleen voor de Arabieren!'. Volgens Hoffmann roepen RSF-strijders online expliciet op tot etnische zuivering tegen de Masalit, zoals in de video hieronder:
Je hebt niet alle cookies geaccepteerd. Om deze content te bekijken moet je deaanpassen.
Burgerdoelen
Wat misschien wel de duidelijkste indicator is, is dat niet alleen legerdoelwitten worden getroffen waarbij onbedoelde burgerslachtoffers vallen. "Er vinden echt directe aanvallen plaats op burgers en civiele infrastructuur."
Zo worden op grote schaal ziekenhuizen aangevallen, medicijnvoorraden vernietigd en artsen vermoord of verjaagd. "Soms gaat het om plunderingen, waarbij bijvoorbeeld medicijnen op de zwarte markt worden verkocht", zegt Hoffmann. "Maar vaak gaat het ook om het doelbewust kapotmaken van dingen. Ik heb foto's gezien van ziekenhuiskamers waar elke machine die een leven zou kunnen redden gewoon stuk was geslagen, om maar geen hulp te kunnen verlenen aan burgers die dat nodig hebben."
Etnisch Afrikaanse Soedanezen in Darfur worden niet alleen vermoord, maar alles dat bijdraagt aan hun leven wordt ook vernietigd of verbrand, zegt Hoffmann. "Scholen, waterbronnen, landbouwgrond, zodat het op lange termijn moeilijk wordt om het leven weer op te pakken." In 2003 en 2004 werd deze 'strategie van de verschroeide aarde' ook al toegepast.
'Europa kijkt weg'
Terwijl de aandacht van de EU zich op de oorlog in Oekraïne richt, kijkt Europa weg van deze oorlog, zegt Hoffmann. "Na 2004 zeiden we: dit mag nooit meer gebeuren. En toch zien we nu precies hetzelfde gebeuren. Maar dan potentieel nog erger, omdat de milities van toen in de vorm van de RSF nu over betere wapens en voertuigen beschikken." Waar de VS en het VK wel nieuwe sancties oplegden, heeft de Europese Unie dat nog niet gedaan.
En dat terwijl de EU indirect heeft bijgedragen aan de macht van de strijdende milities in Soedan, zegt Hoffmann. "Steeds weer gaat de EU in zee met dictators die beloven vluchtelingen tegen te houden op de route naar Europa. Dat zagen we ook in Soedan: de RSF komt voort uit een militie die onder de vorige dictator Omar al-Bashir onder andere verantwoordelijk was voor het tegengaan van migratie. Zo werd deze groep indirect financieel gesteund door Europa."
Ook moet de Europese druk worden opgevoerd op de landen die de strijdende partijen in Soedan wel direct ondersteunen, vindt Hoffmann. "Inmiddels weten we uit onderzoek dat Egypte het regeringsleger steunt en de Verenigde Arabische Emiraten de RSF." Op die twee landen kan de EU zeker invloed uitoefenen, denkt ze, en waarschijnlijk met succes. "In Soedan zelf is inmiddels zoveel kapot dat dit conflict steeds meer afhankelijk is van steun van deze regionale spelers. Zonder die steun zal de oorlog snel voorbij zijn."