Hongarije verbiedt Pride, werkt aan gezichtsherkenning voor overtreders
Het Hongaarse parlement heeft een wet aangenomen die Pride verbiedt. De regering van het land werkt aan gezichtsherkenning voor overtreders, die een boete van omgerekend 500 euro riskeren.
Amnesty International noemt het verbod op Pride 'een regelrechte aanval op de lhbtiq+-gemeenschap'.
Rookbommen in parlementsgebouw
De wet was een wens van de Hongaarse premier Viktor Orbán. Hij vindt de lhbtiq+-gemeenschap schadelijk voor kinderen. De wet werd met 136 stemmen voor en 27 stemmen tegen aangenomen. Oppositiepartijen demonstreerden met rookbommen in het parlementsgebouw.
In 2021 verbood het land al de 'promotie van homoseksualiteit' onder minderjarigen. Dat leidde tot internationale kritiek, ook van Nederland.
Dat Hongarije nu ook Pride of andere 'manifestaties van de lhbtiq+-gemeenschap' verbiedt, is volgens Amnesty International discriminerend. Dat Pride 'schadelijk voor kinderen zou zijn' is volgens de mensenrechtenorganisatie 'gebaseerd op schadelijke stereotypen, diepgewortelde discriminatie, homofobie en transfobie'.
Eerste keer in EU
Hongarije is volgens The Guardian het eerste land in de Europese Unie waar dit soort wetgeving wordt aangenomen. Het land erkent ook huwelijken tussen twee personen van hetzelfde geslacht niet.
Pride
Pride is in veel wereldsteden een jaarlijks evenement om aandacht voor gelijkheid van lhbtiq+'ers te vragen. De aanleiding waren rellen bij homobar Stonewall Inn in New York in 1969. De eerste Gay Pride, zoals het evenement toen nog heette, werd in 1970 in die stad georganiseerd.
In Boedapest wordt dit jaar voor de 30e keer Pride georganiseerd. Volgens de organisatoren gaat het evenement eind juni gewoon door, ondanks de dreiging van boetes van 200.000 Hongaarse forint (ruim 500 euro). De regering van Orbán dreigt gezichtsherkenning in te zetten om deelnemers van het evenement te bekeuren.
'Dit is facisme'
"Dit is niet ter bescherming van de kinderen, dit is fascisme", zeggen de organisatoren van Pride in Boedapest tegen persbureau AP. Zij vinden dat de gemeenschap tot 'zondebok' wordt gemaakt door president Orbán.
Buiten het parlementsgebouw in Boedapest werd gisteravond al door duizenden mensen gedemonstreerd tegen de nieuwe wetgeving. "Samenkomen is een grondrecht", riepen zij.