'Historisch': meer stroom opgewekt met zon en wind dan met steenkool en gas
Voor het eerst is er in Europa meer elektriciteit opgewekt met zonnepanelen en windmolens dan met het stoken van steenkool en gas. Dat is goed nieuws voor het klimaat. Er is nog wel een lange weg te gaan. "Het is een doelpunt in een wedstrijd die nog niet voorbij is."
De vraag naar stroom steeg iets in de eerste zes maanden van dit jaar, blijkt uit een rapport van Ember, een Amerikaanse denktank gespecialiseerd in energie. De hoeveelheid stroom opgewekt uit fossiel daalde fors. Hernieuwbare bronnen leverden juist een stuk meer elektriciteit op.
"De windmolens schieten als paddenstoelen uit de grond", zegt Martien Visser, lector energietransitie aan de Hanzehogeschool Groningen. Duitsland en Denemarken doen het van nature heel goed op dit vlak, vertelt hij.
"En daar zit Nederland nu duidelijk bij", zegt Visser. Wat heet: het geïnstalleerde vermogen in Nederland aan zonnepanelen is per hoofd van de bevolking zelfs uitgegroeid tot het hoogste ter wereld. In Oost-Europese landen gaat het minder. Dat is ook een kwestie van geld: in deze landen wordt er minder gesubsidieerd dan in Nederland.
Groter aandeel in de mix
Onderaan de streep is 30 procent van de mix zonne- en windenergie. Nog maar 27 procent van het totaal komt uit elektriciteitscentrales op gas of steenkolen. Vooral het gebruik van het laatstgenoemde daalde fors, blijkt uit het onderzoek.
"We zijn getuige van een historische verschuiving in de energiesector, die zich snel voltrekt", vat onderzoeker Chris Rosslowe het samen. "Het is een doelpunt in de wedstrijd", beaamt Visser.
"Maar de wedstrijd is nog niet voorbij", waarschuwt Visser. Er moeten nu oplossingen gevonden worden voor de momenten dat de zon niet schijnt of het minder waait. Hiervoor moeten twee zaken worden aangepakt: de batterijcapaciteit uitbreiden en waterstof.
Alleen de stroomsector
De cijfers uit het rapport gaan overigens alleen over de stroomsector. Die verduurzaamt snel dankzij zon en wind. In andere delen van de energiesector gaat het langzamer. We verbruiken namelijk nog steeds gas om onze huizen en kassen te verwarmen en in de industrie. En het gros van onze auto's rijdt op fossiele brandstoffen.