Fossiele industrie lobbyt in Dubai volop voor afgezwakte slotverklaring
Ze zijn met ruim 2400 man sterk en doen er momenteel alles aan om de slotverklaring van de klimaattop in Dubai af te zwakken: lobbyisten van bedrijven die fossiele brandstoffen verkopen. In hoeverre zij slagen in hun missie bepaalt hoe de top volgens klimaatwetenschappers en -activisten de geschiedenis ingaat: als een succes of een mislukking.
In de voorlopige slottekst staat niets over het moeten stoppen met de fossiele brandstoffen olie, steenkool en aardgas. En dat is 'onacceptabel' voor westerse landen die dat juist als een minimale vereiste zien om verdere opwarming van de aarde te beperken.
Maar een aantal olie- en gasproducerende landen zien het 'uitfaseren van fossiele brandstoffen' niet zitten. Zij willen dat hun economieën voorlopig door blijven groeien en verdienen vele miljarden aan de productie van fossiele brandstoffen. Hun alternatieve voorstel: vang de schadelijke CO2 die vrijkomt af, bijvoorbeeld door ondergrondse opslag of innovatieve technologieën.
Geen verdienmodel
Klimaatwetenschappers zijn zeer sceptisch dat CO2-uitstoot op zo'n grote schaal kan worden afgevangen. Bovendien ontbreekt volgens hen een verdienmodel om dit voor bedrijven aantrekkelijk te maken. Een verdienmodel dat hernieuwbare energiebronnen zoals zon, wind en waterkracht juist wél hebben, betogen zij.
Bij de klimaattop in Dubai zijn meer lobbyisten voor de fossiele industrie aanwezig dan ooit. Het gaat opgeteld om ruim 2400 vertegenwoordigers van bedrijven als ExxonMobil, Shell, BP TotalEnergies, Eni en Equinor, becijferde klimaatcollectief Kick Big Polluters Out (KBPO) onlangs.
Je hebt niet alle cookies geaccepteerd. Om deze content te bekijken moet je deaanpassen.
Volgens KBPO zijn er op de COP28 in Dubai meer vertegenwoordigers uit de fossiele industrie dan uit de tien landen die het meest kwetsbaar zijn voor klimaatverandering samen, waaronder Soedan, Afghanistan en Eritrea.
Dat de klimaattop juist in een oliestaat als de Verenigde Arabische Emiraten is georganiseerd, was al voor de start van de conferentie omstreden. Dat vervolgens duidelijk werd dat sultan Ahmed Al Jaber de voorzitter zou worden, maakt het er bepaald niet beter op. Al Jaber is sinds 2016 topman van staatsoliebedrijf ADNOC, dat tot de grootse oliebedrijven ter wereld behoort.
Klimaatorganisaties spraken er schande van: een oliebaron als voorzitter van een klimaatconferentie. Maar er waren ook politici bij, onder wie voormalig Eurocommissaris Frans Timmermans en de Amerikaanse klimaatgezant John Kerry, die zijn benoeming zagen als een kans omdat Al Jaber 'echt verandering kan afdwingen'.
Vlak na de start kreeg Al Jaber forse kritiek. Hij zou zijn vooraanstaande rol van COP-voorzitter hebben misbruikt om nieuwe olie- en gasdeals te sluiten met vijftien landen. Ook zei hij vorige maand dat de wetenschap niet aantoont dat het geleidelijk afschaffen van fossiele brandstoffen nodig is om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graad Celsius.
De realiteit is dat dit jaar ruim 1 biljoen dollar wordt geïnvesteerd in fossiele brandstoffen. Dat is veel te veel om uiteindelijk uit te komen op een 'netto nul' uitstoot van broeikasgassen in 2050, waarschuwde het Internationaal Energie Agentschap (IEA) eerder dit jaar.
'Akkoord nog ver weg'
Intussen is het vandaag lang wachten op een nieuwe voorlopige slottekst, zegt Heleen Ekker, klimaatspecialist voor RTL Nieuws, die afgelopen week aanwezig was in Dubai.
"Voorzitter Al Jaber had eerder laten weten de top op dinsdagochtend te willen afronden, maar dat is dus niet gelukt. Hij zal als voorzitter boven de partijen moeten staan, en moeten zoeken naar een compromis waar iedereen mee kan leven. Want uiteindelijk zullen alle landen moeten instemmen met de slotverklaring, voordat ze in het vliegtuig kunnen stappen om weer naar huis te gaan", zegt Ekker.
Al die kritiek kan in één klap verdwijnen als onder leiding van Al Jaber een slotverklaring wordt getekend waarin scherpe afspraken staan geformuleerd om de klimaatdoelen te halen. Dat is niet uitgesloten: een lobbybrief van oliekartel OPEC waarin wordt gepleit tegen het opnemen van een tekst over het einde van fossiel, onderstreepte afgelopen weekend hoezeer zo'n passage wordt gevreesd in de oliesector.
De OPEC-landen vinden het oneerlijk dat rijke westerse landen zo'n anderhalve eeuw hebben geprofiteerd van fossiele brandstoffen, en armere landen die kans niet mag worden ontnomen. Daarbij laten ze buiten beschouwing dat duurzame energie in een aantal landen intussen goedkoper is dan traditionele fossiele brandstoffen.