Achterstallig onderhoud aan bruggen eist zijn tol: meer hinder en files de komende jaren
Het achterstallig onderhoud van de infrastructuur in ons land begint een steeds hogere tol te eisen. Bruggen, sluizen en viaducten scoren 'gemiddeld' op het gebied van veiligheid, een afwaardering ten opzichte van vorig jaar. Vanwege maatregelen om ongelukken te voorkomen en de broodnodige werkzaamheden staat weggebruikers de komende jaren veel hinder te wachten, verwacht Rijkswaterstaat.
Dat blijkt uit het jaarlijkse rapport van Rijkswaterstaat over de staat van de belangrijkste wegen en vaarwegen van Nederland, dat minister Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) eerder deze week naar de Tweede Kamer stuurde.
Achterstallig onderhoud
Het effect van jarenlang uitstel van het onderhoud is inmiddels overal te zien, meldt Rijkswaterstaat in het rapport. Er zijn steeds meer bruggen die niet voluit gebruikt kunnen worden uit angst voor problemen.
Om dit te voorkomen kan er op die bruggen minder hard worden gereden of geldt er een maximum aan gewicht dat erover vervoerd mag worden. In het meest extreme geval wordt een brug afgesloten. Wat er ook voor maatregelen genomen worden, zowel de weggebruiker als de scheepvaart heeft er last van.
Maximaal 50 km/u op de Haringvlietbrug
De Haringvlietbrug in Zuid-Holland is misschien wel het bekendste probleemgeval. Door het sterk gegroeide zware vrachtverkeer is de brug over het gelijknamige water zwaar belast. Het gevolg is dat er klemmen lostrillen.
Om de verbinding tussen Zuid-Holland, Zeeland en Noord-Brabant toch te kunnen blijven gebruiken, mag het verkeer daarom maar maximaal 50 km per uur rijden en mogen vrachtwagens niet inhalen. Dat zal duren tot de klep van de brug is vervangen, maar dat gebeurt pas in 2023.
Niet alleen weggebruikers hebben last van deze problemen. Tijdens de renovatie kan de brug niet open, waardoor schepen hoger dan 13 meter om moeten varen. De omleiding zorgt voor een vertraging van minimaal vier uur, schat Rijkswaterstaat.
Volgend jaar zijn er op bijna dertig plekken op onze snelwegen dit soort beperkingen of bestaat de kans dat er beperkende maatregelen moeten worden genomen. Dat geldt voor de oranje gekleurde locaties in het onderstaande kaartje.
Daar houdt het niet op, want ook bij ruim vijftig bruggen en sluizen bij de belangrijkste vaarwegen in ons land is veel achterstallig onderhoud. Daar kan ook hinder ontstaan, voor zowel de scheepvaart als weggebruikers. Want vaak zijn het bruggen die onderdeel zijn van provinciale wegen. Het gaat om de lichtblauw gekleurde locaties.
Daarnaast zijn er nog 22 locaties waar Rijkswaterstaat de bruggen extra scherp in de gaten houdt, zodat er meteen ingegrepen kan worden als er een gevaarlijke situatie dreigt. Dit zijn de rode (snelwegbruggen) en donkerblauwe locaties op de kaart.
Deze inspecties zijn nodig omdat er zorgen zijn of de bruggen nog wel stevig genoeg zijn om het toegenomen vrachtverkeer te dragen. Of omdat onderhoud dat had moeten gebeuren niet is uitgevoerd vanwege geldtekort.
Extra veiligheidsrisico's
En dat brengt 'toenemende veiligheidsrisico's' met zich mee, ook als er regelmatig inspecties worden uitgevoerd. Dit jaar is de score op het gebied van veiligheid van goed naar gemiddeld bijgesteld voor alle drie de infrastructuurnetwerken waarvoor Rijkswaterstaat verantwoordelijk is.
Deze score betekent dat Rijkswaterstaat continu maatregelen moet nemen om te zorgen dat gebruikers, personeel en omwonenden geen gevaar lopen. Dat klinkt allemaal niet zo wereldschokkend, maar die maatregelen hebben ook negatieve gevolgen, zoals een langere reistijd voor wie over de Haringvlietbrug reist.
Het kabinet investeert bijna 1,25 miljard euro extra in het inhalen van het achterstallige onderhoud. Dat is ook wel nodig, want een groot deel van de bruggen, sluizen en viaducten in ons land is al aan het einde van de verwachte levensduur of nadert dat moment, zoals te zien is in onderstaande graphic.
Inhaalrace
Daarmee is het probleem alleen nog niet opgelost, want het voorbereiden van alle werkzaamheden kost tijd, schrijft directeur-generaal Michèle Blom van Rijkswaterstaat. Zelfs met 'de beschikbare middelen kunnen we niet alle achterstanden oplossen', tempert zij te veel optimisme. "Maar de inhaalrace is begonnen."
Die inhaalrace zorgt overigens ook weer voor extra oponthoud op de weg. Volgend jaar wordt er op 40 plekken aan grote projecten op de snelweg gewerkt. Rijkswaterstaat waarschuwt voor grote hinder, met zeker 10 minuten vertraging voor weggebruikers die langs zo'n bouwproject moeten.
En dat is dan nog hinder waarop ingespeeld kan worden, bijvoorbeeld met omleidingen. Dat kan niet bij onvoorspelbare hinder, zoals wanneer er een spoedreparatie moet worden uitgevoerd. Door het achterstallige onderhoud neemt de kans daarop ook toe.