ABN Amro: woningmarkt krijgt knauw door corona, prijzen gaan dalen
De economische gevolgen van de crisis zullen ook op de woningmarkt voelbaar zijn, verwacht ABN Amro. Dit jaar worden er al minder huizen verkocht en in 2021 gaan de prijzen dalen, verwacht de bank.
Hoeveel de prijzen zullen dalen, is nog niet exact te zeggen, aldus de economen van ABN Amro. De coronacrisis is nog volop aan de gang en het is onduidelijk wanneer de maatregelen van de overheid om het virus onder controle te krijgen weer worden opgeheven. De bank durft dus alleen een grove indicatie te geven.
En die indicatie is pessimistisch voor de woningmarkt. Eerst zal het aantal verkochte huizen dalen, maar de prijzen blijven nog wel stijgen dit jaar. Dat is een gevolg van de forse prijsstijging van vorig jaar, die nog na-ijlt. Volgend jaar is dat wel voorbij en dan zullen de prijzen dalen, schrijft econoom Philip Bokeloh in z'n sectoranalyse.
Minder inkomen
Een van de belangrijkste ontwikkelingen waar de bank z'n verwachtingen op baseert is inkomen. Weliswaar probeert de overheid met miljardensteun te voorkomen dat mensen werkloos worden, maar veel mensen hebben een tijdelijk contract dat afloopt. Daardoor zal het gemiddelde besteedbare inkomen toch dalen.
Kopers kunnen minder lenen om een huis te financieren, omdat de hypotheekrente nog wel iets verder zal stijgen. Overigens is de rente nog steeds erg laag en het blijft lenen dus relatief goedkoop.
Minder interesse in verhuur
Een ander prijsdempend effect dat de bank verwacht is dat particuliere beleggers minder interesse zullen hebben in vastgoed om te verhuren. Nu de beurskoersen zo hard zijn gedaald, steken ze hun geld liever in aandelen.
Als de huizenprijzen dalen, zou dat de eerste keer sinds 2014 zijn. Sinds dat jaar werden koopwoningen elk jaar duurder, met in de afgelopen jaren spectaculaire prijsstijgingen door schaarste en een grote vraag. Vorig jaar doorbrak de gemiddelde prijs voor een bestaande koopwoning voor het eerst de grens van 300.000 euro.