Het nachtleven blijft dicht, en dat is 'extra kwalijk voor jongeren'
Al bijna twee jaar zitten we in de pandemie en leven we van lockdown naar lockdown. Maar nu lijkt het einde voorzichtig in zicht en mogen we vanaf morgen waarschijnlijk weer tot 22.00 uur de hort op. Fijn dat er weer meer mogelijk is, maar het nachtleven blijft weer buiten de plannen. Valt dat nog te verkopen?
In totaal duurt de pandemie al 98 weken. Niet-essentiële winkels zijn in die tijd negen weken dicht geweest. Ook restaurants moesten het flink ontgelden: die waren vijftig weken gesloten. Maar het nachtleven spant de kroont, want dat is 96 weken dicht geweest.
'In hoek geduwd'
Dat het nachtleven ook nu het ondergeschoven kindje zou zijn, verwachtte Pieter de Kroon van Chicago Social Club en Overleg van Amsterdamse Clubs al. "Dan komt het minder hard binnen", zegt hij tegen EditieNL. "Jammer dat er nooit met ons gepraat wordt over hoe het eraan toe gaat. Wij kunnen juist die veilige haven zijn voor de mentale gezondheid."
'De vergeten sector', noemt De Kroon het nachtleven. "Vorig jaar hebben we veel gedaan. Bijvoorbeeld het Unmute Us-festival. Daar is nauwelijks op gereageerd of naar gekeken", zegt hij. "Op een gegeven moment word je daar murw van: er gebeurt niks. Je voelt je echt in een hoek geduwd."
Perspectief nodig
"Nu is het voor ons kijken of we überhaupt genoemd worden in de persconferentie vanavond", vervolgt De Kroon. Dat dat vaak niet gebeurt vindt hij al kwalijk. "Er moet iets van perspectief geboden worden. Het kan ook zijn dat ze zeggen: over drie weken kunnen we waarschijnlijk alles weer openen. Dan hebben we tenminste iets."
Als er niks gedaan wordt, dan is er volgens De Kroon actiebereidheid vanuit het nachtleven. "Dan gaan de clubs open, misschien één avond", zegt hij. "Maar dat hangt ook zeer af van de persconferentie. Hoe houd je dit nog vol?"
Jongeren
De nachtclubeigenaren houden het dus nog maar moeilijk vol, maar vooral ook jongeren hebben er last van dat het nachtleven gesloten is, vertelt hoogleraar neurofysiologie Joke Meijer van het LUMC. "Jongeren zijn het actiefst in de avond, daar hebben ze ook een voorkeur voor."
De biologische klok van jonge mensen werkt volgens Meijer net iets anders. "Dat begint ongeveer op hun vijftiende en stopt bij zo'n 25 à 30 jaar. De jongeren zijn dan over het algemeen sterk avondmens. Ze komen bijvoorbeeld vaak moeilijk hun bed uit, dat is een biologisch verschijnsel."
'Mentaal slecht'
Maar vroeg je bed uit komen moet vaak natuurlijk wel, om te studeren of te werken. Hét moment om dan je vrienden te zien is in de avond of nacht. Dat maakt het wegvallen van het nachtleven volgens de hoogleraar heel jammer. "Je kan de dingen niet doen die je misschien graag zou willen doen", zegt ze. "En het is mentaal heel slecht voor deze mensen."
Des te fijner is het dat er nu weer iets mogelijk is, al is het 'maar' tot 22.00 en niet tot diep in de nacht. Samenkomen bevordert hun mentale groei, vertelt Meijer. "Jongeren kunnen veel dingen doen in de avond. Denk aan sportclubs, verenigingen, feestjes of evenementen", zegt ze. "Dus niet alleen de discotheek."