Langzaam maar zeker: meer vrouwen in beroepen op hoogste niveau
Er zijn iets meer op hbo- of wo-niveau werkende vrouwen bij gekomen in de afgelopen vijf jaar. Afgelopen jaar was 45 procent van de werkenden vrouw. In ruim een derde van de beroepen op het hoogste niveau werken meer vrouwen dan mannen.
Dat laatste is vooral in de zorg- en welzijnssector en het onderwijs het geval. Dat blijkt uit een nieuwe analyse van het Centraal Bureau voor de Statistiek over de geslachtsverhoudingen bij beroepen en onderwijsrichtingen.
In 2013 was nog 43 procent van de werkenden op hbo- of wo-niveau een vrouw, dus dat aandeel is iets gestegen. Bij beroepen op de lagere beroepsniveaus bleef het aandeel vrouwen gelijk of daalde dat aandeel.
Kijk ook: waarom Nederlandse vrouwen meer moeten gaan werken
Vooral in sociale beroepen op hbo- of wo-niveau is het aandeel vrouwen relatief groot. In technische beroepen, in de ICT en in managementfuncties blijft het aandeel mannen groot. Dat komt onder meer doordat vrouwen vaker in deeltijd werken dan mannen, en deeltijdwerkers hebben minder vaak een managementfunctie van voltijdwerkers.
Weinig vrouwen in top overheid en bedrijfsleven
In de top van de overheid en het bedrijfsleven blijft het aandeel vrouwen fors achter bij het aandeel mannen. 36 procent van de Tweede Kamerleden was vrouw in 2018, en bij topfuncties binnen de overheid was dat 38 procent.
Eind 2018 waren er wel ruim meer vrouwelijke dan mannelijke rechters, namelijk 63 procent tegen 37 procent. Ook in de raden van commissarissen en besturen zijn vrouwen nog ruim in de minderheid, al neemt hun aandeel toe volgens het CBS. In 2017 was 1 op de 5 topbestuurders van de 500 grootste bedrijven een vrouw.
Er zijn een aantal sectoren waar vrouwen in de overgrote meerderheid zijn. Onder de gespecialiseerd verpleegkundigen en leerkrachten in het basisonderwijs is minder dan 20 procent van de werkenden man. Ook bij maatschappelijk werkers, psychologen, sociologen en fysiotherapeuten is minder dan 30 procent man.
Vrouwen zijn ook in de meerderheid onder basisartsen, apothekers en huisartsen. Mannen zijn juist weer in de meerderheid onder medisch specialisten en tandartsen. De verhoudingen in de beroepen zijn tussen 2013 en 2018 amper veranderd, schrijft het CBS.
Mannenlijst nauwelijks veranderd
Er zijn wel iets meer vrouwen gekomen onder psychologen, sociologen, artsen, auteurs en fysiotherapeuten. Ook als gekeken wordt naar beroepen met de meeste mannen is de lijst beroepen nauwelijks veranderd in de afgelopen vijf jaar.
Bij de beroepen ICT- of productiemanager, elektrotechnisch ingenieur of logistiek manager is meer dan 90 procent van de werkenden man.
