'Positie ondergraven'

Vernietigend 'nee' van rechtbank op miljoenenclaim ex-CFO Volksbank

Door Michaël Niewold··Aangepast:
© ANPVernietigend 'nee' van rechtbank op miljoenenclaim ex-CFO Volksbank
RTL

De met veel rumoer ontslagen financieel directeur van de Volksbank, het moederbedrijf van SNS, ASN, RegioBank en BLG Wonen, heeft geen recht op de miljoenen die hij eist van de staatsbank. Volgens de rechtbank in Utrecht is het ontslag van Pieter Veuger zijn eigen schuld.

Veuger werd in augustus van 2020 op straat gezet door de bank en vecht sindsdien bij de rechter voor eerherstel en een schadevergoeding. Hij verloor een kort geding in februari, maar won het spoedappel tegen deze uitspraak.

 

Hof: Volksbank mocht CFO Veuger niet ontslaan
Lees ook

Hof: Volksbank mocht CFO Veuger niet ontslaan

Op 2 juli ging het juridische steekspel verder in een bodemprocedure, de uitgebreide behandeling van de zaak. En in deze zaak krijgt Veuger hard het deksel op de neus van de Utrechtse rechtbank. Hij gaat in beroep, laat hij weten aan RTL Z.

Bestuurder beursgenoteerd bedrijf

De rechter maakt gehakt van Veugers pleidooi dat hij een gewone werknemer van de bank was en daarom recht heeft op een ontslagvergoeding van 2,8 miljoen euro. De rechter volgt de lezing van de bank, die stelt dat Veuger gezien moet worden als bestuurder van een beursgenoteerd bedrijf, ondanks het feit dat de Volksbank volledig in handen van de staat is. 

Zo'n bestuurder werkt met een zogeheten overeenkomst van opdracht. In zo'n constructie geldt geen ontslagbescherming als iemand zich ziek heeft gemeld, zoals Veuger had gedaan. 

Weliswaar kan er best gekeken worden of een overeenkomst van opdracht niet toch gewoon een arbeidsovereenkomst is, maar dat is vooral bedoeld om werknemers aan de onderkant van de arbeidsmarkt te beschermen tegen machtige werkgevers. En dat is in het geval van Veuger en de Volksbank niet aan de orde, oordeelt de rechter. 

Conflict in de top

De ontslagen financieel directeur was dankzij zijn arbeidsverleden als accountant goed op de hoogte van het reilen en zeilen in de banksector, aldus de rechter. Hij kon dus weten wat voor soort afspraak hij met de bank maakte en wat de gevolgen hiervan zouden kunnen zijn bij een conflict. 

Dat conflict kwam er ook, toen Veuger zich over pesterijen en een achtergehouden rapport hierover meldde bij het ministerie van Financiën. Hij deed dit omdat hij bezorgd was dat het rapport anders in de doofpot zou belanden. 'Solistisch en destructief' handelen, aldus de bank en reden om hem te ontslaan.

Tegenwicht bieden

De voormalig financieel directeur hield zich naar eigen zeggen slechts aan zijn opdracht die hem was meegegeven bij zijn aantreden. Hij moest tegenwicht bieden aan topman Maurice Oostendorp en directielid Jeroen Dijst. Veuger moest een eind maken aan de verziekte sfeer in de boardroom, waar toezichthouder ECB in 2019 voor waarschuwde. 

De rechter gaat niet mee in de lezing van Veuger, omdat hij er niet van overtuigd is dat zijn belangrijkste taak was om tegengas te geven aan Oostendorp. Van hem werd juist een 'constructieve opstelling en verbindende rol' verwacht, aldus de rechter. 

Wespennest

Dat het zo rommelde in de top van de bank had juist reden moeten zijn om heel voorzichtig te werk te gaan, vindt de rechter. Omdat Veuger zich in een 'wespennest' stak, had hij 'de tijd moeten nemen om de kat uit de boom te kijken'. 

Volgens de rechter had hij zijn zorgen over het rapport over het pestgedrag eerst bij het NLFI moeten melden. Dat is de instantie die namens het ministerie de rol van aandeelhouder van de bank invult. 

Eigen positie ondergraven

Veuger was te vroeg met zijn melding bij het ministerie en hij had kunnen weten dat dit 'tot zijn ondergang als CFO zou kunnen leiden' als dit bekend zou worden binnen de bank. Hij heeft daarmee zijn eigen positie ondergraven, oordeelt de rechter. En dus heeft hij geen recht op de geëiste schadevergoeding van 2,8 miljoen euro.

De uitspraak betekent ook dat Veuger het salaris dat hij alsnog kreeg overgemaakt na het vonnis uit juni, weer terug moet betalen. Daarnaast moet hij de advocaatkosten van de bank en het NLFI vergoeden, bij elkaar een kleine 20.000 euro. 

De Volksbank is vanzelfsprekend blij met de uitspraak. "We zien onze standpunten bevestigd in de uitspraak van de rechter", zegt een woordvoerder. De bank hoopt dat 'deze zaak hiermee achter ons kunnen laten'. "Zodat zowel de Volksbank als Pieter Veuger zich kan richten op de toekomst", besluit hij. 

Gezien het plan van Veuger om in hoger beroep te gaan is dat dus ijdele hoop.

Lees meer over
Pieter VeugerVolksbankStaatsdeelnemingen