De verkrachtingszaak die deze oud-politiechef niet losliet: 'Slachtoffers hebben allen levenslang'

Bijna twintig jaar lang wist de Utrechtse serieverkrachter uit handen van de politie te blijven. Wat dat deed met zijn slachtoffers, de stad, de provincie én het politiekorps zal Lex Mellink, destijds districtschef bij de politie Utrecht, nooit vergeten. "Iedereen wilde die engerd te pakken krijgen."
De eerste melding kan hij zich nog goed herinneren. Het was augustus 1995 en Lex Mellink werkte destijds als districtschef Zuidoost-Utrecht – een gebied waar ook de Uithof (waar een groot deel van de campussen van Universiteit Utrecht gevestigd is, red.) onder viel. Daar was een jonge vrouw aangerand. Zorgelijk, maar pas toen er kort daarna een tweede melding binnenkwam over een aanranding en er nog geen twee weken later een vrouw werd verkracht, gingen alle alarmbellen af bij de politie.
Een en dezelfde dader
"We hadden al snel het vermoeden dat het om een en dezelfde dader ging", vertelt Mellink, die deze week ook terugkijkt op de zaak in de KRO-NCRV-documentaire App me als je thuis bent. "Hij had goed nagedacht over hoe hij te werk ging. Hij fietste slachtoffers achterna en probeerde op een rustige plek controle te krijgen door ze te dwingen af te stappen en mee te gaan, vaak de bosjes in. Het had er alle schijn van dat hij die plekken had voorbereid. Het patroon dat we zagen, herhaalde zich een aantal keer."
In eerste instantie nam de politie in stilte maatregelen in de hoop de dader te pakken voordat hij opnieuw kon toeslaan. De focus lag op De Uithof. "Tientallen politiemensen hielden zich daar in de omgeving op", vertelt Mellink. "Sommige collega’s fietsten zelfs geschminkt en verkleed als vrouw rond, om als potentieel slachtoffer te kunnen dienen."
Maar al dat blauw en de 'lokvrouwen' konden niet voorkomen dat de man nog meer slachtoffers maakte. Na de vijfde melding besloot de politie daarom naar buiten te brengen dat er een serieverkrachter actief was. "Hij deed het bij wijze van spreken onder onze neus. Daarom leek het ons goed om mensen te waarschuwen voor het feit dat er een enge vent rondliep en ze te adviseren niet meer alleen over straat te gaan."
Een ware klopjacht
Het bracht een enorme onrust teweeg in de studentenstad. "Vooral op de Uithof was de angst groot. Het was daar een soort stiltegebied, vooral in de avonduren. Het hield iedereen bezig." Het bracht de politie er onder meer toe om een bushalte in de buurt van een sporthal te verplaatsen, zodat studenten niet 400 meter door het stille donker hoefden te lopen als ze wilden sporten.
Zelfverdedigingscursussen werden ondertussen druk bezocht, iedereen was op z’n hoede, maar de saamhorigheid was ook groot, herinnert Mellink zich. "Iedereen wilde helpen om die creep te pakken te krijgen. Er ontstond een ware klopjacht."

De zaak hield Mellink ook persoonlijk erg bezig. Zijn dochter kreeg in die periode aanzienlijk minder ruimte en vrijheid dan daarvoor, zegt hij. En wanneer hijzelf ’s avonds na het werk naar huis reed, deed hij dat een tijd lang via een route die hem langs het 'werkgebied' van de verkrachter bracht. "Ik hoopte dat ik hem zou treffen, zodat ik hem de sloot in kon rijden."
Daderprofiel en cameratoezicht
De politie zette alles op alles om de serieverkrachter te stoppen. Er werden Amerikaanse profilers ingevlogen voor een daderprofiel, er werden compositietekeningen gemaakt en gedeeld, het cameratoezicht in de stad werd uitgebreid, maar wat de politie ook probeerde, het leverde – in de woorden van Mellink – 'geen ruk op'. "Dat profiel bleek later ook helemaal niet overeen te komen met de daadwerkelijke dader."
"Als ik na werk na huis reed, hoopte ik dat ik hem zou treffen zodat ik hem de sloot in kon rijden."
In de loop der jaren passeerden meer dan 9000 mensen de revue bij het onderzoek. "Eén keer was ik ervan overtuigd dat we de juiste hadden. Een jonge brandstichter die daderkennis leek te hebben: hij kende de kleur van het slipje van een van de slachtoffers. Bij doorzoeking van zijn huis troffen we ook nog een parfum aan dat een van de slachtoffers had geroken bij de dader."
Geen DNA-match
"Tegen de burgemeester en de hoofdofficier van justitie had ik al verteld dat we hem hadden. Ik had nog net geen taart gekocht om het te vieren. Maar zijn DNA bleek niet te matchen, ook niet toen ik het opnieuw liet testen. Vervolgens bleek uit opnames van de verhoren dat deze man die zogenaamde daderkennis van een rechercheur te horen had gekregen. Hij was het dus echt niet."

Tot februari 1996 maakt de serieverkrachter slachtoffer na slachtoffer. Maar dan lijkt hij plotseling van de aardbodem verdwenen. Waarom? Dat weet de politie nu nog steeds niet. "We dachten dat hij dood was." Als de man in 2001 opnieuw toeslaat is Mellink net directeur op de politieacademie.
"Toen ik afscheid nam als districtschef, zei ik dat de serieverkrachter de nagel aan mijn doodskist was. Zo voelde ik het ook echt. Ik heb ontzettend veel mooie dingen mogen doen, maar dit was wel een soort smet op mijn carrière. Ik kon het bijna niet verkroppen dat we hem niet te pakken kregen."
Eindelijk gepakt
Na een tweede reeks verkrachtingen en pogingen daartoe wordt het opnieuw stil rond de beruchte serieverkrachter. Tot hij in 2014 dan eindelijk tegen de lamp loopt. De vadsige Nieuwegeiner Gerard T. steelt een fiets – een lokfiets van de politie nota bene – en moet DNA afstaan. Zo wordt hij in verband gebracht met alle gewelddadige aanrandingen en verkrachtingen die Utrecht en omgeving jarenlang in hun greep hielden.
Mellink weet nog precies waar hij was op het moment dat hij het hoorde. "Ik werd gebeld door een goede vriend en collega en kon het bijna niet geloven. Dat hij uiteindelijk is gepakt door een politieactie, is een heerlijk gevoel. Ik ben huppelend een rondje gaan lopen."
Hoewel hij zelf niet meer verantwoordelijk was voor de zaak, heeft Mellink elke zittingsdag bijgewoond. "Ik hoopte T. na al die jaren van frustratie een keer in de ogen te kunnen kijken, maar dat is helaas niet gelukt." Wat zijn eerste indruk was van de man die hem en zoveel anderen zo vaak uit hun slaap had gehouden? "Ik vond het een beetje een zielige stumperd."
Litteken op de ziel
Het leed dat die 'stumperd' heeft veroorzaakt, raakte Mellink wel diep. "Wat hij heeft gedaan, heeft een enorme impact gehad op zijn slachtoffers. Meisjes, jonge vrouwen, die studeerden of in hun promotietraject zaten, konden daarna niet verder studeren of kregen problemen op hun werk. Zo’n verkrachting is een litteken op de ziel. Deze vrouwen hebben allemaal levenslang."
Dat Gerard T. alleen een celstraf kreeg, zit Mellink nog steeds dwars. "Omdat hij weigerde mee te werken aan een psychologisch onderzoek, kon geen tbs worden opgelegd. Dat is toch te gek voor woorden? Als wettig en overtuigend bewezen is dat zo’n man 22 verkrachtingen en pogingen daartoe op zijn geweten heeft, dan kun je toch ook zonder zijn medewerking wel stellen dat er een steekje bij hem los zit."

De zaak van de Utrechtse serieverkrachter is achteraf bepalend gebleken voor de rest van Mellinks carrière. "Ik noem mezelf nu sociaal architect; ik help bij lokale vraagstukken rond gevoelens van onveiligheid en geweld tegen vrouwen."
Pakkans van daders vergroten
In die hoedanigheid werkt hij nu onder meer aan de ontwikkeling van een alert-app die gemeentes veiliger moet maken én de pakkans van daders moet vergroten. "Door de app één keer aan te tikken, laat je anoniem weten dat je je niet veilig voelt op de plek waar je je bevindt. Dat levert een soort heatmap op, waardoor gemeentes kunnen zien op welke plekken bijvoorbeeld maatregelen of meer toezicht nodig zijn. Druk je als gebruiker twee keer op de app, dan belt je telefoon automatisch 112 en schakelt je camera in. Zo kan de meldkamer meekijken, wat de kans vergroot dat een dader wordt gepakt."
Maar Mellink maakt zich geen illusies: seksueel geweld is nooit helemaal te voorkomen. Niet door met elkaar af te spreken te appen 'als je thuis bent', en niet door een app als deze. "Absolute veiligheid bestaat niet, kwaad help je de wereld helaas niet uit. Als ik iets heb geleerd van de zaak van de Utrechtse serieverkrachter, is het wel dat seksueel geweld altijd op de loer ligt. Daar moet je niet naïef in zijn."

Lex Mellink is een van de mensen die hun verhaal doen in de driedelige documentaireserie ‘App me als je thuis bent’, over de impact van seksueel geweld op straat. De serie is sinds gisteren te zien bij KRO-NCRV op NPO Start.
Klik hier voor meer Lifestyle


