Meer doden door longontstekingen in de buurt van geitenhouderij, kabinet wil advies
Jaarlijks sterven er naar schatting twintig tot honderd mensen extra aan longontstekingen die zij oplopen omdat zij vlak bij geitenhouderijen wonen. Dat meldt het ministerie van Volksgezondheid, op basis van onderzoek dat het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) hiernaar deed.
Volgens het ministerie van Volksgezondheid komen er jaarlijks 1200 tot 6600 extra gevallen van longontsteking voor onder mensen die binnen een straal van 2 kilometer van een geitenhouderij wonen.
'Aantoonbaar en consistent'
Binnen die straal wonen volgens het ministerie ongeveer 1,5 miljoen mensen. Eerder werd er al een verband gevonden tussen longontstekingen en geitenboerderijen. Dat verband is nu 'aantoonbaar en consistent' vastgesteld, aldus het ministerie.
De specifieke oorzaak is niet bekend, maar het RIVM vermoedt dat tot 23 verschillende bacteriën die voorkomen op de houderijen verantwoordelijk zijn voor de longziekte.
Het kabinet wil naar aanleiding van de bevindingen advies van de Gezondheidsraad, schrijven de ministers Fleur Agema (Volksgezondheid) en Femke Wiersma (Landbouw) in een brief aan de Tweede Kamer.
Zij willen weten of het risico nu echt vaststaat, en of sommige omwonenden een grotere kans hebben om longontsteking op te lopen. Ook wil het kabinet weten of het risico groter is dan bij andere bronnen van luchtverontreiniging.
Voorzichtigheid
De Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) roept in een eerste reactie overheden op om zorgvuldig om te gaan met de uitkomsten van het onderzoek en de duiding van de Gezondheidsraad af te wachten. "De bacteriën in de stallen zijn volgens de onderzoekers een ondersteunende aanwijzing voor het verhoogde risico op longontstekingen, maar dit is nog steeds niet met zekerheid te zeggen. De resultaten van het onderzoek bieden in tegenstelling tot de verwachting geen verklaring voor een mogelijke bron uit geitenstallen."
Tweede Kamer
In de Tweede Kamer wordt wisselend gereageerd op de stap van minister Wiersma om eerst een nieuw advies te vragen. "Ik vind het ongekend dat de Volksgezondheid niet op nummer een staat", aldus Laura Bromet van GroenLinks-PvdA. "Het lijkt er op dat er niet is geleerd van die verschrikkelijke Q-koorts. De intensieve veehouderij is het probleem."
CDA'er Eline Vedder zegt: "Het is verstandig dat de minister een advies vraagt hoe om te gaan met deze resultaten van het onderzoek. Waarom dat tot het einde van het jaar moet duren begrijp ik niet. Dat mag echt sneller."
In de coalitie van PVV, VVD, NSC en BBB klinkt wel begrip voor het besluit van de minister. Of ingrijpen nodig is, hangt af van de Gezondheidsraad, laten de partijen weten.
Dagelijkse update
Wil jij iedere middag een selectie van het belangrijkste nieuws en de opvallendste verhalen in je mail? Meld je dan nu aan voor de dagelijkse update.