Bijna overal heeft het vannacht gevroren, opvallend vroeg deze herfst
Het was een behoorlijk frisse nacht. Bijna overal, met uitzondering van Zeeland en delen van Limburg, heeft het gevroren. In het Drentse Eelde werd zelfs -5,4 graden gemeten, waardoor dit jaar opvallend vroeg sprake is van matige vorst. Plaatselijk wordt dan ook gewaarschuwd voor gladheid.
De laatste keer dat het matig vroor in Nederland was op 19 maart en gemiddeld komt de matige vorst pas vanaf 1 december weer voor. Dit jaar zijn we dus aan de vroege kant, meldt Buienradar.
In meerdere provincies in het noorden, midden en het westen van Nederland werd tot 09.00 uur vanochtend code geel afgekondigd om gladheid op de weg.
Dat er al zo vroeg weer sprake is van matige vorst, komt niet vaak voor. Vorig winterseizoen gebeurde dat pas op 11 januari (van dit jaar, dus). In 2022 was het voor het laatst eerder dan nu, toen was er al op 19 november sprake van. Om van matige vorst te spreken moet er namelijk op minstens één van de KNMI-weerstations een temperatuur onder de -5 graden worden gemeten.
Een volledig winterseizoen zonder matige vorst is in Nederland nog niet voorgekomen, maar de winter van 2020 kwam dicht in de buurt. Dat jaar kwam er slechts één keer matige vorst voor, op 21 januari. In 1975 en 1983 moesten we erg lang wachten: pas op 9 februari daalde toen de temperatuur ergens in het land onder -5 graden.
Steeds minder dagen
Het aantal dagen met matige vorst in de winter wordt steeds minder. Het varieert jaarlijks, van gemiddeld twee dagen in het uiterste zuidwesten tot zestien dagen in het oosten van het land. In De Bilt is er gemiddeld tien dagen per winterhalfjaar sprake van matige vorst. Halverwege de vorige eeuw ging het nog om gemiddeld negentien dagen in De Bilt. Het wordt dus steeds zeldzamer.
In het winterhalfjaar van 2014 en 2020 werd in De Bilt helemaal geen matige vorst geregistreerd. In de vorige eeuw is dat nooit voorgekomen. In 1963 werd zelfs een record hoeveelheid matige vorst gemeten. Het ging toen om maar liefst 59 dagen matige vorst in De Bilt. In Twente ging het toen zelfs om 72 dagen.
Ook duurt het steeds langer tot de eerste matige vorst wordt gemeten. Gemiddeld gebeurt dit op 1 december, de start van de meteorologische winter, maar die gemiddelde datum schuift steeds een beetje verder naar achteren. In de vorige eeuw viel die datum altijd in november.
Begin vorige eeuw kwam matige vorst gemiddeld al op 13 november voor. Maar het kan ook veel eerder gebeuren. In 1912 werd er bijvoorbeeld op 7 oktober al matige vorst gemeten in het Achterhoekse Winterswijk, waar het toen -5,7 graden werd. In 1904 werd het op 15 oktober in Winterswijk zelfs -6,2 graden.
Zo koud is het nu bij jou:
