Meer hybridewarmtepompen door opening drie Nederlandse fabrieken
Een levertijd van een jaar was eerder normaal dan een uitzondering als je een warmtepomp bestelt. Drie warmtepompbedrijven openen binnenkort in Nederland een fonkelnieuwe fabriek om zelf hybridewarmtepompen te produceren, waardoor ze voortaan sneller beschikbaar zijn.
De hybridewarmtepomp is vanaf 2026 de minimale standaard om je huis mee te verwarmen. Als je CV-ketel stuk gaat, zul je aan de warmtepomp moeten. Afgelopen week maakte Hugo de Jonge, de minister voor Volkshuisvesting, bekend dat er drie uitzonderingen zijn, wanneer een warmtepomp niet verplicht is:
- Wie in een appartement woont, want dan is er vaak geen ruimte
- In een monumentaal pand
- Woningen die binnen tien jaar aangesloten worden op een warmtenet, want dat is zonde van het geld
Drie nieuwe fabrieken
Remeha opent in juli een hybridewarmtepompfabriek in Apeldoorn. Ze zijn nu aan het proefdraaien en verwachten dit jaar nog 50.000 pompen te kunnen leveren. Vanaf 2024 rollen er 140.000 exemplaren per jaar van de band.
Ook concurrenten hebben geïnvesteerd in een nieuwe fabriek. Itho Daalderop gaat zo’n 30.000 hybridewarmtepompen per jaar produceren en Intergas zo’n 50.000. En die opschaling is hard nodig als we vanaf 2026 verplicht aan de warmtepomp moeten. De gestegen verkoopcijfers blijken uit deze cijfers.
Remeha heeft al een fabriek in Frankrijk, maar heeft bewust een eigen productielocatie in Apeldoorn geopend, zegt Beatrijs van de Ven, marketingdirecteur van Remeha Benelux. “Als je de regie in eigen hand houdt, dan heb je de controle. En dat is één van de redenen waarom we de productie naar Nederland halen. We hebben nu afspraken met meerdere toeleveranciers dat we nooit meer tekorten hebben aan kritische componenten.” Remeha verwacht dat ze vanaf september zonder wachttijd kunnen leveren.
1 miljoen warmtepompen in 2030
Volgens de Vereniging Warmtepompen moeten in 2030 in Nederland zo’n 1 miljoen warmtepompen zijn geplaatst in bestaande woningen. De branche denkt dat het over drie jaar mogelijk is jaarlijks 300.000 warmtepompen te leveren. Ook moeten dan de lange levertijden voorbij zijn vanwege een tekort aan staal, chips en andere elektronische onderdelen.
Nederland wil met het openen van meer productiefaciliteiten in Nederland minder afhankelijk zijn van het buitenland. Van alle warmtepompen wordt nu ongeveer 30 procent geproduceerd in Nederland, 35 procent wordt in Europa gefabriceerd voor de Nederlandse markt en 35 procent komt uit de rest van de wereld (met name Azië).
Nederland zet in tegenstelling tot andere Europese landen in op de hybridewarmtepomp. Dan ben je niet volledig van het gas af, maar bespaar je zo’n 60 tot 70 procent op je gasrekening. Je gasgestookte CV springt alleen bij als het buiten vriest. En je warm water wordt het hele jaar door verwarmd via de CV-ketel.
Het voordeel van een hybridewarmtepomp is dat die minder duur is (aanschafprijs tussen 4000 en 7000 euro) dan een volledig elektrische warmtepomp. En je krijgt ook zo’n 30 procent subsidie. En je huis hoeft minder goed geïsoleerd te zijn dan bij een volledig elektrische variant.
Explosieve vraag door gestegen gasprijzen
Martin Hoekstra, directeur ST Warmte, zag in 2022 een explosieve vraag naar warmtepompen. Voorheen werden er vijftig geleverd. In 2022 - na het uitbreken van de oorlog in Oekraïne en de enorm gestegen gasprijzen - kwamen er wel 1000 aanvragen per week binnen.
Met veel pijn en moeite leverde en installeerde ST Warmte vorig jaar 350 warmtepompen. Er was een chronisch tekort, maar dat probleem lijkt nu ondervangen door de nieuwe fabrieken. Het probleem van een tekort aan voldoende gekwalificeerde installateurs is nog niet opgelost.
