Onderzoek slavernijverleden: 'Rotterdam zat er tot over zijn oren in'
"Rotterdam zat tot over zijn oren in de slavernij; de erfenissen daarvan zitten tussen diezelfde oren, nu is het tijd om met die oren naar elkaar te gaan luisteren." Zo luidt een van de bevindingen van het onderzoek naar het koloniale en slavernijverleden van de stad.
In het rapport, dat vandaag na jarenlang onderzoek werd gepresenteerd, staat beschreven hoe Rotterdam al vanaf 1600 actief betrokken was bij kolonialisme en slavernij. De stad was een partner van de VOC en WIC.
Zo had het eerste Nederlandse slavenschip een Rotterdamse connectie. En de negentiende-eeuwse handel op Nederlands-Indië droeg sterk bij aan de groei van Rotterdam tot een wereldhaven, concludeert hoofdonderzoeker Gert Oostindie.
Rotterdam had daarnaast een aandeel in ongeveer tien procent van alle door Nederlanders verscheepte Afrikanen. Eén op de acht huidige Rotterdammers heeft voorouders die ooit tot slaaf gemaakt zijn. Dat zijn meer mensen dan in welke Nederlandse stad ook.
Erfenis
Het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde (KITLV) deed het twee jaar durend onderzoek in opdracht van de gemeente Rotterdam. De resultaten staan nu in drie boeken: een boek over het slavernijverleden, een boek over de koloniale geschiedenis van de stad en een boek over de erfenissen.
Het werk werd overhandigd aan burgemeester Aboutaleb en oud-gemeenteraadslid Peggy Wijntuin. Wijntuin diende drie jaar geleden een aangenomen motie in om het koloniale verleden van Rotterdam eens grondig te onderzoeken.
Wethouder Bert Wijbenga van Integratie en Samenleven zegt de stedelijke geschiedenis van kolonialisme en slavernij en de huidige achterstelling te erkennen. Zo heeft het college een actieplan tegen racisme vastgesteld. Ook roept het Rotterdamse stadsbestuur het Rijk op tot een nationaal onderzoeksprogramma naar het nationale slavernijverleden.
Rotterdam is niet de enige stad die zo'n onderzoek liet uitvoeren. Het stadsbestuur in Amsterdam liet uitzoeken in hoeverre hun voorgangers een rol hadden bij het slavernijverleden. Veertig onderzoekers stelden vast dat de bestuurders een centrale rol speelden in de organisatie van slavernij en slavenhandel.
De laatste jaren is er ook binnen meer organisaties aandacht voor het slavernijverleden. Zo maakte de Nederlandsche Bank eerder dit jaar bekend de eigen rol bij slavernij te willen onderzoeken. En ook verzekeraar ASR, InsingerGilissen en ABN Amro willen dat doen.