Burgerdoden na Nederlandse aanval op Hawija wél opgenomen in rapporten VS

De burgerdoden van de Nederlandse luchtaanval op Hawija in Irak zijn wel degelijk opgenomen in de Amerikaanse maandelijkse rapporten over burgerslachtoffers van de internationale strijd tegen terreurgroep IS. Minister Ank Bijleveld (Defensie) zei eerder in de Tweede Kamer dat dit niet zo was. Ze zegt dat nu te betreuren.
Defensieminister Bijleveld had eind vorig jaar, toen ze de Kamer inlichtte, andere informatie van de Amerikanen gekregen. "Ik ben uitgegaan van de informatie die ik via officiële kanalen van CENTCOM ontving", schrijft ze in een brief aan de Tweede Kamer.
CENTCOM is het Amerikaanse militaire hoofdkwartier belast met de strijd tegen IS. Eind vorige maand heeft het Pentagon Bijleveld laten weten dat Hawija toch is meegenomen in de statistieken.
Tweede Kamer wil weten hoe het zit
De Tweede Kamer wil precies weten hoe de Nederlandse luchtaanval op de IS-bommenfabriek in Hawija in juni 2015 is verlopen. Al direct na de aanval repten internationale media over zeventig burgerslachtoffers, maar een officieel dodental is nooit vastgesteld.
De Kamer is in de maanden na de aanval onjuist over de burgerdoden geïnformeerd door toenmalig minister Jeanine Hennis van Defensie. Pas afgelopen najaar werd de Kamer op de hoogte gebracht.
Het bombardement op Hawija
Vanaf oktober 2014 tot juli 2016 neemt Nederland voor het eerst deel aan een F-16-missie boven Irak en Syrië. Na publicaties van NRC en NOS blijkt dat Nederland verantwoordelijk is voor een bombardement op een bommenfabriek van IS in Hawija, Irak. Zeventig burgers komen om het leven.
Zowel Defensie als het Openbaar Ministerie hebben het bombardement onderzocht. Volgens Defensie zijn alle procedures gevolgd. Het OM vindt geen strafbare feiten.
De toenmalige minister van Defensie,Jeanine Hennis, weet al in 2015 over de burgerdoden, maar geeft foute informatie aan de Tweede Kamer. Op 23 juni 2015 zegt ze dat er geen sprake is geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak.
Bijleveld had 'heel heftig debat'
Bijleveld overleefde begin november ternauwernood een 'heel heftig debat' over de kwestie. Ondanks 'oprechte excuses' steunde bijna de hele oppositie een motie van wantrouwen tegen haar.
Later die maand moest premier Rutte zich ook in de Kamer in een urenlang debat voor de kwestie verantwoorden. Vooral dat de alarmbellen binnen het kabinet niet afgingen nadat media zoveel burgerdoden hadden gemeld, riep veel vragen op.
Je hebt niet alle cookies geaccepteerd. Om deze content te bekijken moet je deaanpassen.